Als u net een verblijfskatheter heeft gekregen, zal dat even wennen zijn. Gelukkig kunt u in principe doen en laten wat u wilt met een katheter. Sporten en zwemmen bijvoorbeeld. Wel is het belangrijk dat u goed op uw hygiëne let en dat u ervoor zorgt dat u voldoende vocht binnenkrijgt. Op deze pagina vindt u daarover meer informatie.
Als u een katheter gebruikt voor het afvoeren van uw urine, is het belangrijk dat u zorgt voor een goede hygiëne. Want daarmee voorkomt u vervelende infecties. Het gaat er daarbij niet alleen om dat u hygiënisch werkt tijdens het wisselen van de materialen, maar ook dat u het gebied waar de katheter naar binnen is gebracht goed schoonhoudt. Hoe zorgt u daarvoor?
Als u de materialen gaat verwisselen, hoe zorgt u dan voor een goede hygiëne?
Als bij u de katheter is ingebracht via de plasbuis, dan is het belangrijk dat u zorgt voor een goede intieme hygiëne. Dat doet u door twee keer per dag de omgeving rond uw plasbuis te wassen. Gebruik hiervoor lauw water of een pH-neutrale douchegel. Was nooit met zeep en gebruik ook geen talkpoeder of crèmes.
Mannen wassen op een andere manier dan vrouwen:
Dep het gewassen gebied droog met een schone handdoek.
Heeft u een katheter die is ingebracht via de buikwand (suprapubische katheter)? Zorg er dan voor dat u de plek waar de katheter naar binnen gaat goed schoonhoudt. Gebruik voor het wassen lauw water en vermijd zeep. Dep de opening met een gaasje of schone handdoek. Leg vervolgens een steriel splitgaas om de katheter en plak dit vast met een pleister. De verpleegkundige zal u meer vertellen over de verschillende aspecten waar u op moet letten bij de verzorging van de insteekopening. Ook zal zij u instructies geven over draaien van de katheter. Het advies is om dit dagelijks te doen; dit voorkomt dat de katheter vast komt te zitten.
In de meeste gevallen kunt u gewoon uw leven blijven leiden met een verblijfskatheter. Toch kunnen er soms probleempjes ontstaan. Vaak kunt u die met een kleine handeling zelf oplossen. Daarom is het handig om te weten hoe u dat doet. Ook leest u op deze pagina wanneer u uw arts of verpleegkundige moet raadplegen.
Merkt u dat er geen urine meer in de opvangzak loopt? Dat kan verschillende oorzaken hebben:
Controleer altijd eerst of een van de bovenstaande punten de oorzaak is. Is dat niet het geval en is er al twee tot drie uur geen urinelozing meer? Raadpleeg dan uw arts of verpleegkundige.
Als uw katheter verstopt is, is het soms nodig om de katheter te spoelen met een speciale vloeistof. Dit wordt ‘blaasspoelen’ genoemd en gebeurt altijd in overleg met uw behandelaar. Als dit niet helpt, kan een nieuwe of ander soort katheter uitkomst bieden. Dit gebeurt altijd in overleg met de verwijzer.
Een verstopte katheter of een knik kan er ook voor zorgen dat u urine verliest langs uw katheter. De urine kan dan immers niet meer niet meer door de katheter lopen en gaat haar eigen weg zoeken. Kijk dus altijd of een van deze praktische problemen aan de hand is als er urine lekt. Een andere oorzaak van urineverlies langs de katheter zijn blaaskrampen.
Blaaskrampen zijn onwillekeurige samentrekkingen van uw blaas, die ervoor zorgen dat er urine naar buiten geperst wordt langs de katheter. U merkt dit – naast het verlies van urine - meestal doordat u pijn heeft laag in uw buik, net boven de schaamstreek. Vaak zijn die krampen het gevolg van irritatie van de katheter in de blaas. Ook kan een infectie de oorzaak zijn. Als de blaaskrampen aanhouden, waarschuw dan uw arts. Die kan voor u vaststellen wat de oorzaak is en daarop actie ondernemen. Soms kan het anders bevestigen van de materialen, een dunnere katheter of een katheter met een kleinere ballon of van een ander materiaal een oplossing zijn. Als die maatregelen niet helpen, krijgt u mogelijk medicijnen.
Waarschuw uw arts of verpleegkundige als: