10 tips om voetproblemen te voorkomen

1. Check je schoenen

Controleer altijd of er niks in je schoenen zit voordat je ze aantrekt. Wanneer je minder gevoel in je voeten hebt door zenuwschade, voel je het misschien niet als er iets in gevallen is. Eerst even je handen in de schoen dus. Heb je aangepaste (orthopedische) schoenen, laat die dan standaard 1x per jaar controleren door de schoenmaker.
 

2. Medisch pedicure

Heb je diabetes én verminderd gevoel in je voeten of vaatlijden, dan heb je recht op vergoeding van de pedicure. Het beste ga je hiervoor naar een medisch pedicure. Die heeft kennis van de diabetische voet en kan op de juiste manier behandelingen uitvoeren en advies geven.
 

3. Voeten op papier

Als je ouder wordt, worden je spieren wat slapper – ook die in je voeten. Daardoor worden voeten met de jaren altijd platter en breder. Zet je voet eens op papier, trek hem om en knip de vorm uit. Probeer de papieren voet nu in je schoen te krijgen. Past het niet? Dan zijn je schoenen waarschijnlijk te klein. Zo’n papieren voet kun je ook meenemen als je nieuwe schoenen gaat kopen.
 

4. Ga voor veters

Als je last hebt van (of kans op) een diabetische voet, kies je het beste voor schoenen van zachte materialen met een comfortabele pasvorm en voldoende ruimte voor je tenen. Let op naden, die kunnen irritaties veroorzaken. Kies voor schoenen met veters of klittenband, maar neem liever geen instappers: daarin kun je gaan schuiven en dat belast de kwetsbare huid.
 

5. Avondroutine

Controleer voor je gaat slapen je voeten . Let op wondjes, kloofjes, blaren of andere afwijkingen van de huid. Kijk ook tussen je tenen en naar de voetzool. Lukt het niet om zelf je voeten te bekijken? Laat dan je partner je voeten controleren.
 

6. Geen voetenbadje

Vroeger werd vaak geadviseerd om bij wondjes een voetenbadje met soda te nemen. Nu weten we dat je dat beter niet kunt doen. Stilstaand water verweekt de huid die daardoor extra kwetsbaar wordt. De bacteriën die standaard op de huid aanwezig zijn kunnen dan makkelijk een infectie veroorzaken. Soda heeft een lage zuurgraad en tast daardoor de huid nog meer aan. Daardoor infecteert een wondje nog sneller. Een wondje kun je dus beter schoonspoelen onder lauw stromend kraanwater en daarna antibacterieel behandelen met medicinale gaasverbanden met honing, betadine of inadine.
 

7. Meteen laten checken

Ontdek je een wondje op je voet? Wacht dan niet af, maar ga naar de huisarts. Hoe sneller je erbij bent, hoe beter. Een wond die al langer bestaat heeft namelijk ook meer tijd nodig om te genezen.
 

8. Voorzichtig knippen

Knip teennagels niet te kort. Knip ze recht af om ingroeien te voorkomen. Scherpe hoekjes kun je een beetje bijvijlen. Heb je slechte ogen? Ga dan niet zelf knippen maar laat het iemand anders doen. Zo vermijd je het risico dat je verkeerd knipt en een wondje veroorzaakt.
 

9. Lekker smeren

Mensen met diabetes hebben vaak een drogere huid. Naarmate je ouder wordt, kan je huid nog droger worden – zeker in de winter! Om te voorkomen dat er barstjes of kloofjes ontstaan, kun je de huid insmeren met een vette zalf of crème. Heb je veel eelt op je voeten? Kies dan een zalf met ureum, die maakt eelt zachter en voorkomt dat het terug groeit. Tip: Lidl heeft een heel betaalbare ureumzalf die prima werkt.
 

10. Meten is weten

Ook voor diabetesschoenen geldt: de duurste is niet altijd de beste. Belangrijk is dat ze goed passen, zowel in de lengte als in de breedte. Diabetesschoenen kun je kopen bij een schoenenwinkel of aan laten meten door een podotherapeut. Bezoek aan de podotherapeut wordt vaak vergoed door de aanvullende zorgverzekering, medisch noodzakelijke voetzorg voor mensen met diabetes wordt gedekt vanuit de basisverzekering. Voor aangepaste schoenen betaal je zelf een bijdrage.