Snoep en diabetes: waar moet je op letten?
Als je diabetes hebt mag je alles eten, dus ook snoep. Maar natuurlijk wel met mate. Een gezond eetpatroon is immers voor iedereen belangrijk, dus ook voor mensen met diabetes. Hoe het precies zit met snoep voor diabetes, lees je in dit artikel.
Snoep voor diabetes
Gezond en gevarieerd eten is een voorwaarde om je fit en gezond te voelen. En natuurlijk mag je af en toe best iets lekkers. Kwaliteit van leven is belangrijk en dat geldt zeker ook voor mensen die een chronische aandoening als diabetes hebben.
Vroeger werd vaak het advies gegeven om helemaal niet meer te snoepen, omdat snoep veel suiker bevat. Inmiddels is bekend dat andere voedingsmiddelen, zoals brood en aardappelen, een veel grotere invloed hebben op de bloedglucose dan suiker zelf. Het gaat immers niet zozeer om de suiker die je binnenkrijgt, maar om de hoeveelheid koolhydraten. Die laten namelijk de bloedglucose stijgen.
Check bij alles wat je eet of drinkt op het etiket de hoeveelheid koolhydraten en bereken hoeveel insuline je voor die hoeveelheid nodig hebt. Dan kun je in principe alles eten en hoef je niet speciaal op zoek te gaan naar snoep voor diabetes.
Suikervervangers
Ben je een echte snoepkont, dan kun je kijken of je snoep kunt vinden met suikervervangers. Die smaken net zo zoet, maar bevatten veel minder calorieën. Bovendien zijn zoetstoffen minder slecht voor je tanden. Ook frisdrank met zoetstof is een goed alternatief voor suikerrijke dranken. Daarmee voorkom je een onnodige piek in de bloedglucose. Zoetstoffen zijn weliswaar meestal chemisch, maar kunnen veilig gebruikt worden.
Suikervrije drop voor diabetes
Naast suikervrije snoep is er ook suikervrije drop. Daar moet je wel mee opletten: drop bevat zoethoutwortel en dat is niet goed voor de bloeddruk. Sommige mensen zijn gevoeliger voor zoethoutwortel dan andere. En vrouwen zijn er gemiddeld gevoeliger voor dan mannen. Ook hiervoor geldt dus: neem gerust een dropje, maar eet niet die hele zak leeg.
Zoetstof mét koolhydraten
Er zijn ook zoetstoffen die wél koolhydraten bevatten. Deze zoetstoffen worden polyolen genoemd. Ze worden pas in de dikke darm omgezet in glucose en zorgen daardoor nauwelijks voor een stijging van de bloedglucose. Maar op het etiket zie je echter wél de hoeveelheid koolhydraten vermeld staan. Dat kan verwarrend zijn. Let dus goed op: bestaat de hoeveelheid koolhydraten grotendeels uit polyolen, dan hoef je daarvoor geen insuline te geven. Goed om te weten: polyolen kunnen gasvorming en diarree veroorzaken. Zorg er dus voor dat je niet te veel binnenkrijgt.
Hoeveel zoetstoffen mag je hebben?
Er zijn adviezen voor de maximale hoeveelheden zoetstoffen die je per dag mag gebruiken. Voor volwassenen is het niet gauw te veel. Maar voor kinderen wel, omdat ze kleiner zijn. Op zoetstoffen.nl kun je de ‘aanvaardbare dagelijkse inname’ (ADI) van elke zoetstof vinden en via de zoetstoffencheck kun je makkelijk bereken hoeveel zoetstoffen jij of je kind per dag binnenkrijgt.